Veel kwetsbare medeburgers wonen nu nog samen in een instelling als bijvoorbeeld Reinier van Arkel, soms buiten de stad. Dat gaat veranderen, er komen steeds minder plaatsen beschikbaar. De gemeenten gaan moeite doen om  kwetsbare mensen een plek te geven in stad of dorp  en daarbij voor de  noodzakelijke begeleiding te zorgen. Ook deze burgers kunnen dan  meedoen in de maatschappij, binnen  de mogelijkheden die ze hebben.

Samen met gemeenten uit de omgeving schreef Den Bosch een plan  hiervoor: de regiovisie Beschermd Wonen. Een goed voorstel vond GroenLinks, maar de partij is bezorgd over de uitvoering en vindt het tempo dat wethouder Kagie wil maken veel te hoog.

Commissielid Antoon van Rosmalen: "Prima dat mensen die dat kunnen en willen de instelling verlaten. Maar wat GroenLinks betreft wordt er eerst gebouwd en dan pas verhuisd: gebouwd aan woningen, aan begeleiding, aan het vinden van werk of een zinvolle dagbesteding."

Ingrijpende veranderingen moeten zorgvuldig gebeuren, daar moet je voldoende tijd voor nemen. Veranderingen mogen nooit ten koste gaan van kwetsbare burgers.

De GroenLinks bijdrage hierover in de Commissie Maatschappelijke Ontwikkelingen van 16 maart 2016.

"Sinds begin 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor uitvoering van beschermd wonen: zorgen dat  kwetsbare burgers die verblijf en zorg nodig hebben kunnen wonen en de noodzakelijke begeleiding ontvangen. De rijksoverheid geeft daarvoor geld aan centrumgemeente

Dan ligt er nu na twee keer uitstel vanavond eindelijk de regiovisie Beschermd Wonen. Voordeel van dat uitstel is dat de visie in ieder geval goed besproken kon worden met cliëntvertegenwoordigers, ervaringsdeskundigen, zelfhulpgroepen, aanbieders van wonen en zorg en de wmo-adviesraden.

Mijn fractie is blij dat bij deze regiovisie de kwetsbare burger centraal staat en dat inclusie en herstelvisie uitgangspunt zijn. Iedere burger moet immers maatschappelijk mee kunnen doen binnen zijn of haar eigen mogelijkheden. De beweging van onzelfstandig wonen via verschillende tussenvormen naar regulier wonen biedt daar ook mogelijkheid toe. Het  zijn uitgangspunten die de VNG-commissie Dannenberg ook hanteert in haar advies voor de toekomstige organisatie van Beschermd Wonen.

Om te zorgen dat kwetsbare burgers in de buurt of wijk kunnen wonen en echt kunnen meedoen is veel nodig: fatsoenlijke woonruimte, voldoende en adequate begeleiding, zinvolle mogelijkheden tot dagbesteding. Om daarin te kunnen voorzien is de gemeente afhankelijk van heel veel partners zoals woningbouwcorporaties, aanbieders van hulp en zorg, burgerinitiatieven.  En dient de gemeente gebruik te blijven maken van de kennis en ervaringen van cliëntvertegenwoordigers, zelfhulpgroepen en andere ervaringsdeskundigen. De WMO-adviesraad  constateert in haar tweede advies dat die 'infrastructuur' nog niet bestaat en  dat de vorming daarvan bovendien onder druk staat door de bezuinigingen binnen het sociale domein.

Voorzitter,

Daarom is mijn fractie heel erg benieuwd naar de concrete uitvoering: hoe gaan die verschillende tussenvormen tussen instelling en woning er bijvoorbeeld uitzien? Hoe wordt geregeld dat iemand niet alleen stappen vooruit richting een gewoon huis maakt, maar ook de mogelijkheid krijgt  - al dan niet tijdelijk - weer beschut te gaan wonen?

Heel erg bezorgd  zijn we over het tempo wat de wethouder wil maken. In vijf jaar tijd het budget voor intramuraal wonen met een derde verminderen (van 15 naar ruim 9 miljoen). Zijn er voldoende woningen beschikbaar om dat tempo mogelijk te maken? In het pas getekende Woonakkoord staat dat de gemeente samen met de corporaties daar voor wil gaan zorgen - garanties dat dit lukt zijn er niet: de vraag naar sociale huurwoningen is nu al gigantisch.

Wat GroenLinks betreft wordt er daarom eerst gebouwd voor er wordt verhuisd: aan woningen, aan begeleiding, aan dagbesteding. Uitstroom bevorderen, instroom beperken: dat mag nooit ten koste gaan van de kwaliteit van leven van kwetsbare mensen.

Ook de commissie Dannenberg benadrukt  in haar advies dat gemeenten de tijd moeten nemen om wonen en ondersteuning voor deze kwetsbare groep burgers anders te organiseren. De commissie spreekt zelfs van een periode van vijftien jaar."

(...)