De fractie van GroenLinks heeft een interpellatiedebat aangevraagd over het antidiscriminatiebeleid van de gemeente.
Ufuk Kâhya: "Eerder sprak de raad zich uit voor de motie die nogmaals aandacht vroeg voor het behoud van een antidiscriminatievoorzieningen na de opheffing van Basta!, ik ga er dan ook vanuit dat de wethouder deze voorzieningen ook na 1 januari overeind zal houden."
Wethouder Weterings gaf in de raadsvergadering van 9 november 2010 in zijn reactie op de motie antidiscriminatievoorziening aan, dat hij al enige tijd bezig is met het zoeken naar een oplossing en hoopte voor de jaarwisseling een akkoord te kunnen bereiken. Hij verklaarde de motie dan ook overbodig. Nu lijkt er toch een probleem te ontstaan met het ophouden van de antidiscriminatievoorzieningen. In een brief van het college van 30 november 2010 blijkt namelijk dat een oplossing per 1 januari 2011 onmogelijk is.
Hieronder het interpellatieverzoek.
================================================================
Aan de Voorzitter van de gemeenteraad,
Inleiding
Op 20 oktober 2010 werd publiekelijk bekend dat het regionaal opererende antidiscriminatiebureau Basta! zijn opdracht aan het College had teruggegeven en na dit jaar zou ophouden te bestaan. Daarmee zou ook een einde komen aan de voor onze gemeente gerealiseerde antidiscriminatievoorziening die de wettelijke taak van klachtregistratie en klachtbehandeling vervult en die een belangrijke rol speelt bij de uitvoering van het gemeentelijke beleid gericht op preventie en voorlichting. De raad heeft meerdere malen benadrukt, dat ook na 2010 zowel de wettelijke taak als het antidiscriminatiebeleid gericht op preventie, adequaat voortgezet moet worden.
Wethouder Weterings gaf in de raadsvergadering van 9 november 2010 in zijn reactie op de motie antidiscriminatievoorziening aan, dat hij al enige tijd bezig is met het zoeken naar een oplossing en hoopte voor de jaarwisseling een akkoord te kunnen bereiken. De wethouder verklaarde de motie toen overbodig, maar uit de brief van het college van 30 november 2010 blijkt dat een oplossing per 1 januari 2011 onmogelijk is.
Uit deze brief wordt niet duidelijk op welke termijn er een plan komt waarmee het antidiscriminatiebeleid op adequate manier kan worden voortgezet. Daarnaast is de brief niet duidelijk over de vraag welke noodvoorziening in de overbruggingsperiode komt om de noodzakelijke wettelijke taak van registratie en klachtbehandeling uit te kunnen voeren. Tenslotte blijft het onduidelijk hoe het college conform de wens van de raad denkt te kunnen voorkomen dat alle expertise, ervaring en netwerk in het veld van Basta! verloren gaat.
Al bij al roept de brief van 30 november 2010, als reactie op de aangenomen motie antidiscriminatie van 9 november, de nodige vragen op.
De vragen
1. De wethouder is sinds september bezig met het onderzoeken van de mogelijkheden om tot een passende oplossing per 1 januari te komen. Wat zijn de oorzaken waardoor de wettelijke complicaties pas zo laat in het proces (na 9 november) zichtbaar zijn geworden?
2. In de commissie Maatschappelijke Ontwikkelingen van 20 oktober heeft de wethouder aangegeven voornemens te zijn de antidiscriminatiefunctie onder te brengen bij een stevige partner. Is het college dit nog steeds van plan ?
3. Hoe gaat het college ervoor zorgen dat het Bossche netwerk, expertise en ervaring van Basta! overgedragen zal worden?
4. Wanneer en op welke wijze gaat het college een noodvoorziening in het leven roepen om in de overbruggingsperiode de noodzakelijke taken te kunnen uitvoeren?
5. Wanneer verwacht het college de nieuwe invulling van het antidiscriminatiebeleid te kunnen presenteren?
Namens de fractie van GroenLinks,
Ufuk Kâhya