Begin augustus maakten voor het gebouw van het IND zo’n 100 uitgeprocedeerde Somalische asielzoekers gebruik van hun recht om te demonstreren tegen de IND regels. Deze mensen uitzetten is volgens de Raad van State nu geen optie door de onveilige situatie in het thuisland. Ondertussen verblijven de Somaliërs in Vught. Daar moeten ze zich dagelijks melden en stempelen en bovendien mogen ze niet leren of werken. De locoburgemeester maakte na nog geen 72 uur een einde aan de demonstratie. GroenLinks raadsleden Ufuk Kâhya en Antoon van Rosmalen bezochten de demonstranten de avond daarvoor. Wat ze aantroffen komt geheel niet overeen met de argumenten die zijn aangedragen als reden voor de beëindiging van de demonstratie. GroenLinks wil dan ook een nadere verantwoording.


GroenLinks dient hiertoe het volgende interpellatieverzoek in:

’s-Hertogenbosch, 28 september 2012,


Betreft: interpellatie ex art. 38 RvO m.b.t. beëindiging demonstratie van asielzoekers door de gemeente.


Aan de Voorzitter van de gemeenteraad,

 


Vanaf 30 juli 2012 protesteerden een groep asielzoekers voor het gebouw van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) om hun standpunten kracht bij te zetten.

Op 2 augustus 2012 ontvingen wij een brief van het College waarin vermeld stond dat de locoburgemeester besloten had de demonstratie te beëindigen.


Hoofdmotief


In de brief wordt als hoofdmotief aangevoerd dat er geen reden meer was om de demonstratie nog langer toe te staan omdat de IND en de demonstranten er op dat moment niet uit leken te komen. Dit staat ons inziens op gespannen voet met artikel 9 van de Grondwet (uitgewerkt in de Wet Openbare Manifestaties) die het recht van demonstratie erkent.

“Grondwet Artikel 9

1.    Het recht tot vergadering en betoging wordt erkend, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.

2.    De wet kan regels stellen ter bescherming van de gezondheid, in het belang van het verkeer en ter bestrijding of voorkoming van wanordelijkheden.”

De locoburgemeester is ons inziens niet bevoegd een demonstratie te beëindigen op basis van een eigen oordeel over doel, vorm, duur of zinloosheid ervan.


De locoburgemeester schrijft dat daarbij:


1. De groep demonstranten groeit.

Dat de groep demonstranten groeit kan een demonstratie kracht bij zetten, maar betekent niet meteen dat het ook een directe bedreiging vormt voor de openbare orde. Dit argument is op zichzelf geen reden om een demonstratie te beëindigen.


2. De demonstratie al enige tijd duurt (3 x 24 uur).

In het voorjaar zijn er in verschillende gemeenten de Occupy-demonstraties maandenlang getolereerd. 3 x 24 uur demonstreren is derhalve geen argument om een demonstratie te beëindigen.


3. De demonstratie steeds meer doorgangen blokkeert en vervuiling geeft aan de openbare ruimte.

Op de avond van 1 augustus 2012, de avond voordat de demonstratie door de gemeente werd beëindigd, hebben ondergetekenden de demonstranten bezocht, zich bekend gemaakt als raadslid, en de situatie bekeken. Wij hebben niet waargenomen dat er (nood)uitgangen werden geblokkeerd. Sterker, de demonstranten lieten uitdrukkelijk zien dat er niets geblokkeerd werd. Wij constateerden ook dat er geen sprake was van vervuiling van de openbare ruimte door afval of anderszins. Sterker, de demonstranten vroegen ons naar mogelijkheden om een kliko geplaatst te krijgen.


4. De gemeente klachten en reacties ontving van ondernemers, bewoners en passanten van de Leeghwaterlaan en directe omgeving.

Ook waren er omwonenden en passanten die steun betuigden aan de demonstranten en water en andere levensbehoeften doneerden. De vraag is hoe de locoburgemeester het recht op demonstreren heeft afgewogen tegenover de klachten die hij heeft ontvangen, en hoe dit heeft bijgedragen aan zijn besluit. Klachten en/of sympathiebetuigingen zijn geen reden om een demonstratie te beëindigen.


Het recht op demonstreren is een kernwaarde van onze Nederlandse democratie. Dat is hier van bijzonder belang omdat het om een groep mensen gaat die vanuit een machteloze positie aandacht vraagt voor hun grieven en naar verbetering van de leefsituatie streeft.


De locoburgemeester kan een demonstratie slechts beëindigen in het belang van de openbare orde, het verkeer en de volksgezondheid. De locoburgemeester heeft daarbij wel de verplichting om verantwoording af te leggen en aannemelijk te maken dat de openbare orde of volksgezondheid in gevaar was.


De brief van 2 augustus 2012 maakt dat ons inziens onvoldoende aannemelijk. De vraag rijst dan ook of het optreden van de locoburgemeester gerechtvaardigd was.


Daarom stellen wij de portefeuillehouder de volgende vraag;


1.    Bent u het met ons eens, gezien het bovenstaande, dat het door u genoemde hoofdmotief om de demonstratie te beëindigen op gespannen voet staat met een grondrecht; en dat ook de aanvullende vier argumenten onvoldoende zijn, dan wel onvoldoende zijn onderbouwd, om de demonstratie te beëindigen?

 

Namens de fractie van GroenLinks,

Ufuk Kâhya
Antoon van Rosmalen

 

 

Een vergelijkbare situatie heeft zaich voorgedaan in Zwolle. Het beëindigen van de demonstratie daar is een stuk minder rustig verlopen. Ook in Zwolle heeft de GroenLinks fractie een interpellatieverzoek ingediend.