“In de commissie Bestuur ging het deze week terecht over manieren om door investeren uit de crisis te komen: investeren in milieu en duurzaamheid, investeren in allerlei vormen van infrastructuur. Heel hard nodig natuurlijk om de klimaatcrisis en de economische crisis te bestrijden, maar niet genoeg. Er dient ook fors in mensen geïnvesteerd te worden om op een goede manier uit deze coronacrisis  te komen.

De directeuren van de Nederlandse planbureau's (Centraal Planbureau, Planbureau voor de Leefomgeving, Sociaal Cultureel Planbureau) constateerden onlangs dat de kloof tussen kansarmen en kansrijken al groeide in Nederland en dat dit door corona allen maar erger wordt.

Om die kloof tegen te gaan nam het college bij de eerste coronagolf goede maatregelen als het verstrekken van laptops zodat alle leerlingen onderwijs op afstand konden volgen, waren scholen en kinderdagverblijven open voor kwetsbare kinderen, waren er aansluitend de zomerschool en de jeugdactiviteiten in het kader van de Bossche Zomer. Het college vormde daarvoor heel snel de onderwijsinnovatieregeling om tot een onderwijskansenfonds.

De opgelopen achterstanden verdwijnen niet vanzelf, zeker niet als bij de tweede coronagolf ook leerkrachten ziek thuis zitten of in quarantaine gaan. Heeft de wethouder nog handgeld om weer snel te kunnen handelen als het Onderwijskansenfonds na dit jaar verdwijnt? Als dat niet zo is komt mijn fractie graag richting begroting met een oplossing daarvoor - want nu moet alles op alles gezet worden om kansenongelijkheid tussen jongeren niet groter te laten worden.

Ook laagopgeleiden, flexwerkers en mensen met afstand tot de arbeidsmarkt worden zwaar getroffen door de coronacrisis. Aan de Weener XL om daar zo goed mogelijke oplossingen voor te zoeken. Hopelijk blijft daarbij voldoende ruimte voor activiteiten als bij het laatste werkbezoek gepresenteerd: de samenwerking tussen Reinier van Arkel, gemeente en Weener XL om bewoners van onze gemeente te begeleiden naar een ontwikkelingsgerichte arbeidsmatige dagbesteding en komen dit soort activiteiten niet in de knel.

Ook deze crisis gaat weer voorbij, maar sociaal economische gezondheidsverschillen zullen vast blijven. Daarom is het programma positieve gezondheid, gericht op het verkleinen van die gezondheidsverschillen zo belangrijk. Maar dit kan dit alleen door aandacht voor persoonlijke gezondheid en een gezonde leefomgeving. Ook toegang tot onderwijs, werkgelegenheid of dagbesteding en vormen van cultuur zijn daar noodzakelijk voor. GroenLinks ziet het programma daarom in de toekomst graag zo integraal uitgebouwd. “