Bossche raadsleden bezochten afgelopen zondag de noodopvang voor vluchtelingen op het terrein van het Autotron in Rosmalen.  "Het begrip sober krijgt een bijzondere betekenis", zei onze fractievoorzitter Ufuk Kâhya daags na dit werkbezoek in de krant en hij heeft gelijk.

Geen enkele asielzoeker heeft in Nederland tot nu toe buiten hoeven slapen en dat is een forse prestatie. Ook in Den Bosch lukte het de gemeente en Libéma na de vraag van het COA snel om noodopvang te regelen. Maar dat is het dan ook: noodopvang en niets meer.

klapperende tentdoeken

Om met 500 man maandenlang  in paviljoententen te moeten wonen en (af)wachten, vrijwel zonder  privacy, met altijd lawaai om je heen is natuurlijk verre van prettig. Niet eens zelf mogen koken (vanwege het brandgevaar) maar in een grote tent moeten eten wat Libéma hen die dag voorzet. Gelukkig zijn er wel zo'n 250 vrijwilligers, die taalles geven, die mee sporten of simpelweg elke dag in de Rode Kruistent zijn voor een gesprek. En er is het fietsprojekt 'Wij gaan fietsen / Yalla Biskleet'.

Deze opvang was bedoeld voor enkele weken, maar sommige vluchtelingen wonen er inmiddels al maanden omdat doorstromen naar een asielzoekerscentrum (AZC) niet mogelijk is. Er zijn mannen die inmiddels een verblijfsvergunning kregen maar toch op het Autotron verblijven omdat er nog geen woonruimte voor hen gevonden is.

Wethouder, COA en Vluchtelingenwerk zijn druk in de weer om voor deze groep alvast taallessen, inburgering en eventueel werk te regelen. Intussen gaat de voorbereiding voor een AZC in onze gemeente gewoon door en werken de woningbouwcoöperaties hard om vluchtelingen met een verblijfsstatus aan woonruimte te helpen. Want eind dit jaar gaat deze noodopvang in Rosmalen dicht en moet onze stad vluchtelingen beter kunnen ontvangen.