Positieve tramrit door Brabant
Op zaterdag 20 februari reisde een GroenLinks team bestaande uit Eerste Kamerlid Jan Laurier, kandidaat raadsleden uit Tilburg, Loon op Zand, Heusden en ’s-Hertogenbosch in een splinternieuwe elektrische bus, gehuurd van Arriva, langs wat volgens GroenLinks de route van een toekomstige trambaan moet worden.

De middag start in Tilburg waar Paulus vier redenen geeft waarom elke euro aan de tram vier euro’s waard is. In de portemonnee van de reiziger, in het hogere comfort, in meer banen en in een beter milieu. En hij smokkelde er vervolgens nog wat motieven bij, zoals de bijdrage aan een beter bereikbare stad. Jan Laurier bevestigde dit en vond dat de crisis en herstelwet die de Eerste Kamer binnenkort krijgt, te eenzijdig inzet op asfalt en beton. Vanwege de voordelen die Paulus noemt zou dat juist openbaar vervoer en met name rail moeten zijn.

In de Efteling werd de delegatie ontvangen door Koen Sanders, hoofd voorlichting van de Efteling. Hij vertelde over de toenemende problemen die de Efteling heeft met bereikbaarheid. Nu de Efteling binnenkort het jaar rond opengaat komen oplossingen met openbaar vervoer nog meer in beeld. Daarover is intensief overleg met regio en provincie. Maar op dit moment is openbaar vervoer volstrekt geen goed alternatief. Slechts een heel klein deel van de vier miljoen bezoekers komt daarom met het openbaar vervoer. Met name vanwege te weinig comfort op de verplaatsing van Tilburg (en een beetje ’s-Hertogenbosch).
De Efteling ziet veel in een tram-idee, ook al omdat dit aankan sluiten op het concepten en is zelf al aan het doordenken om de overlast voor de omgeving te verminderen en de bereikbaarheid te verhogen. De Efteling zou graag dat de diverse overheden daarover meedenken. Statenlid Paul Smeulders en Jan Laurier reageren dat grote investeringen die daarvoor nodig zijn in de huidige regionale systematiek moeilijk van de grond kunnen komen. En – nogmaals - het Rijk zet te eenzijdig in op de auto. Genoemd worden ook de Loonse en Dunense duinen waar op zondag lange files staan.

In Drunen ziet GroenLinks wethouder Mart van der Poel wel iets - wat hij noemt - de terugkeer de tram. Want ooit lag er het halve zolen- of Langstraatlijntje. Ook hij ziet bestemmingen langs de lijn die gebaat zijn bij een tram. Het Land van Ooit, waarvoor een nieuwe exploitatnt wordt gezocht, en de dorpskernen die als langs een lange straat, inderdaad Langstraat, geregen zijn. En verderop natuurlijk het nieuwe Jeroen Bosch Ziekenhuis en het ROC. Hij noemt het verband met fijnstof en verkeersoverlast van de A 59. Veel bebouwing ligt daar dicht bij. Die middag wordt de Schoon Groen Prijs uitgereikt aan een actiegroep “Hoor de A59” die na 12 jaar actievoeren een geluidswal langs die weg kreeg gerealiseerd.

De nieuwe elektrische bus van Arriva maakt die middag zijn eerste rit buiten de stad. En inderdaad wat werd gevreesd gebeurde; in het zicht van de haven, nota bene voor het kantoor van Essent is de accu leeg, en dat betekent bij een elektrisch bus: geen beweging meer in te krijgen. Met een achteropkomende transferiumbus wordt verder gelift en worden we keurig op de Parade afgezet.

In café Cordez worden met de Bossche wethouder Bart Eigeman erbij voor Robert van Lith van het Brabants Dagblad de ervaringen van de middag met elkaar in perspectief gezet. Want dat perspectief is er: eerst één weloverwogen tracé’, een snelle bus en op e huidige knelpunten delen van het tracé al als vrije busbaan uitvoeren, en uiteindelijk de tram. En misschien is het tijdshorizon van de gelauwerde actiegroep het juiste: 12 jaar om de tram in Brabant te laten rijden.